Het gebeurt niet vaak dat ik tijd maak
om zomaar wat te schrijven.
Ik wil een zin proberen als koud water
met een teen en dan het zwembad
oorverdovend breken met een sprong
in glasglad water. Maar ik durf niet
zomaar in het diepe te gaan.
Aan de rand van het bad vraag ik me af
of ik nog een duiker ben
wanneer ik de zilveren ladder boven
de duikplank verkies om me stil
in het water te laten zakken.
De lucht boven het water rilt.
Ik zie nog een duiker staan.